Legmethoden

legmethoden Plankenvloeren (dikte 20 mm)

Massieve plankenvloeren worden verlijmd en blindvernageld geplaatst. Er wordt eerst een spaanplaatondervloer aangebracht die als werkvloer dient. De ondervloer wordt uitgeschuurd waarna de planken eroverheen worden verlijmd en vernageld. Als dit klaar is wordt de vloer in zijn geheel geschuurd en afgewerkt met de afwerklaag die door de klant is uitgezocht.

Tapis / bourgogne vloeren (dikte 6 tot 10 mm)

Bourgogne of tapisvloeren worden verlijmd en vernageld geplaatst. Er wordt eerst een spaanplaatondervloer aangebracht die als werkvloer dient. De ondervloer wordt uitgeschuurd waarna de delen eroverheen worden verlijmd en vernageld. Al dan niet in een patroonvorm waar tapis zich beter voor leent dan massieve planken. Als dit klaar is wordt de vloer in zijn geheel geschuurd en afgewerkt met de afwerklaag die door de klant is uitgezocht.

Lamelparket (dikte 14 tot 16 mm)

Lamelparket is parket dat bestaat uit meerdere lagen,waarvan de toplaag (slijtlaag) uit massief hout bestaat van minstens 2 mm dik. Deze parketsoort is meestal prefab (kant en klaar) gelakt of geolied. Lamelparket wordt doorgaans zwevend gelegd op een geschikte ondervloer. Voor appartementen zijn deze vloeren uitermate geschikt. Ze kunnen gemakkelijk op een 10 Db reducerende ondervloer worden gelegd.

Tweelaagsparket / Duoplanken (dikte 20 tot 22 mm)

Tweelaagsparket bestaat uit een basislaag van plaatmateriaal met een hardhouten toplaag van 5.5 tot 7 mm dik. Deze parketsoort is zowel onbehandeld als prefab (kant en klaar) leverbaar. Tweelaagsparket kan zowel zwevend als volvlakverlijmd worden geplaatst. Voor appartementen zijn deze vloeren uitermate geschikt. Ze kunnen gemakkelijk op een 10 Db reducerende ondervloer worden gelegd.
Vloertotaal vloertotaalhaarlem